Wonen in Rotterdam
Nederlands English
Terug

In de wolken met Rotterdam, elkaar én een woning in de Weenatoren

Arie en Joke maakten een frisse start in het hart van de stad

In de veertien jaar tijd dat Arie en Joke Speelman in de Weenatoren wonen, zagen ze Rotterdam onder hun ronde ramen veranderen. De voordelen van wonen in hartje centrum? Arie: “De winkels, restaurants en terrassen zijn om de hoek en het OV rijdt letterlijk voor de deur: alles is gemakkelijk bereikbaar. Daarnaast vind ik het Stadscentrum net een klein dorp. Mensen kennen ons en we groeten elkaar.” Wonen aan het Weena bevalt het stel goed, dus kochten ze hun stadsappartement zodra ze in 2016 de kans kregen!

Weena Rotterdam

De woning – 24 hoog aan het Weena – stond voor zowel Arie als Joke voor een nieuw begin. Arie had net een scheiding achter de rug en verhuisde – destijds eind veertig – naar de stad. “We woonden in Overschie, daar groeiden mijn drie dochters op. Ze gingen in die tijd al naar de middelbare school, naar het Wolfert Tweetalig en de Rotterdam International Secondary School van het Wolfert. ‘Waar ga ik zelf eigenlijk wonen?’ vroeg ik me toen af. Ik besloot in de stad te gaan zitten. Dat was voor de meiden ook makkelijk.”

We leerden elkaar kennen tijdens een blind date!

In mei van datzelfde jaar leerden Arie en Joke elkaar kennen. Ook zij was gescheiden en woonde met haar zoon in Prins Alexanderpolder. Joke: “Weet je hoe we elkaar leerden kennen? Op een blind date! Mijn zus kwam in contact met Arie tijdens de inrichting van zijn nieuwe appartement. Ze vond ons een goede match en vroeg Arie of hij op een blind date met mij wilde.” Hij had wat bedenktijd nodig, maar stemde uiteindelijk in. Arie: “We spraken af bij Loos en aten daarna bij La Stanza.” Joke kan zich niet meer voorstellen dat ze het aandurfde: “Ik krijg al buikpijn bij de gedachte!” De date was een succes en na vier jaar trok Joke bij Arie in.

Gelukkig wonen aan Weena

Opgegroeid in Overschie

Tijdens die eerste date ontdekten Arie en Joke dat ze elkaar eerder hadden ontmoet, ruim dertig jaar ervoor tijdens de Overschiese Ponyclub, om precies te zijn. Wie goed kijkt, ziet in huis verwijzingen naar de Overschiese historie. In de kerk op het schilderij in de woonkamer werden ze allebei gedoopt. In de werkkamer hangt een schilderij van De Speelman molen uit Overschie. Arie: “Daar heb ik veel leuke herinneringen aan, mijn familie beheerde die molen.” Vanwege het vliegverkeer werd de molen verplaatst naar de Overschiese Kleiweg, waar hij nog altijd te bezoeken is. Hoewel ze opgroeiden in het dorpse Overschie, woont het stel nu met plezier in de stad. Joke: “Ik heb Rotterdam hier opnieuw ontdekt.” Omschrijven ze zichzelf als stadsmensen? “Jazeker!” roept Arie resoluut. Hij houdt er heel wat stadse routines op na. Op zaterdag gaat hij steevast naar de markt. Hij koopt kaas bij Hoogendoorn, verse bloemen bij de Flower Power bloemenstand van Syl en drinkt graag koffie bij Nine Bar aan de Botersloot. “Als ik binnenkom zetten ze mijn cappuccino al klaar.” Joke: “Dat is typisch Arie, iedereen kent hem. Ik blijf soms liever thuis om een boek te lezen of te Netflixen.”

Bijzonder wonen aan Weena

Central District in ontwikkeling

De kinderen waaierden uit naar Amsterdam, Eindhoven, Schiedam en Engeland. Zelf besloten ze in de Weenatoren te blijven toen ze in 2016, na bijna 12 jaar huur, de kans kregen het te kopen. Arie: “Deze ruime stadsappartementen zijn zeldzaam. Bovendien worden we ouder en is het dan des te fijner om gelijkvloers te wonen.” Arie zat tot een paar jaar geleden in de klankbordgroep over de herinrichting van de Delftsestraat en omgeving (het Central District) en is tevreden met de ontwikkeling van zijn buurt. “De bouw van het nieuwe Centraal Station bracht onrust met zich mee, maar dat ben je na de opening snel vergeten en het is een mooi station geworden,” vertelt Arie terwijl we uitkijken over datzelfde station. “Het gebied rondom het Schieblock is leuk ontwikkeld. We kennen de buurt goed, eten regelmatig bij Burgertrut en sporten allebei bij sportschool Fitland aan het Delftseplein.”

Fantastisch uitzicht op Rotterdam Centrum

Zorgeloos genieten van het stadsleven

Het gezinsleven ligt ver achter hen. Ze ervaren nu weer het zorgeloze van de studententijd, vertelt Arie. “Als ik weg wil, trek ik simpelweg de deur achter me dicht!” Arie werkt nog, bij Johnson & Johnson in Leiden. “Ik reis vooral met de trein. De auto is een stuk minder belangrijk geworden.”

Joke breit eens per week voor het Rotterdamse merk Granny’s Finest

Joke is met pensioen. Ze werkte in het Maasstad Zorghotel, maar kon de druk van de zorg de laatste jaren niet meer goed aan. Nu vult ze haar tijd met cursussen, een film- en museumclub én vrijwilligerswerk bij het Rotterdamse modemerk Granny’s Finest. “De eisen zijn streng: er mogen niet teveel foutjes in een breisel zitten. Gelukkig kan ik goed breien,” zegt ze terwijl ze haar laatste creatie toont. “Ik heb al wat kaarten gekregen van mensen die mijn breisels kochten en al drie keer droeg een bruid een door mij gebreide stola!”

Uitzicht over alle kanten van Rotterdam vanaf Weena

Liefde voor Rotterdam, restaurants én elkaar

In hun stadse bestaan speelt eten een belangrijke rol. “We doen af en toe een running dinner met vier stellen uit de Weenatoren,” vertelt Joke. “Bij de een eten we dan het voorgerecht, bij de ander het hoofdgerecht, enzovoorts.” Minimaal eens per week eet het stel buiten de deur bij zowel nieuwe als vertrouwde adressen. All time favourite is restaurant Brazzo in Crooswijk. Arie: “We kwamen er voor het eerst toen we net samen waren. Sindsdien komen we er regelmatig en op kerstavond eten we er met de kinderen.” Als kers op de taart trouwde het stel er in 2016. Arie: “We zeiden dat we ter ere van ons 12,5 jaar samenzijn een borrel deden…” Joke: “Maar in plaats daarvan kwamen mensen naar ons huwelijk! Niemand wist het, behalve de kinderen.” Het was erg speciaal, vertellen ze. Hun blik vertelt hetzelfde.

Vorig artikel De wereld op z’n Kop van Zuid
Volgend artikel Rust en ontspanning in het Stadscentrum