Wonen in Rotterdam
Nederlands English
Terug

Huisje, tuintje, buurtje: het beste huis voor je kinderen

Een woning zoeken met kinderen. Tips van de professionals

Je wilt je kind(eren) de mooiste tijd van hun leven geven. Maar hoe weet je of een nieuw huis en een nieuwe buurt geschikt zijn voor jouw gezin? We vroegen vier professionals hoe je het beste thuis voor je kinderen vindt. “Als een wijk of een huis voor kinderen goed werkt, dan werkt het ook voor volwassenen goed”, aldus Gijs van den Boomen, creative director bij architectenbureau KuiperCompagnons.

“It takes a village to raise a child”, is het gezegde. Dat geldt in de stad ook, alleen dan op buurtniveau. Het bouwen van buurten en huizen gaat over opvoeden, zo blijkt. Vanaf de eerste schetsen is de wereld van kinderen ingepast. Waar letten de professionals op? Een landschapsarchitect, twee architecten en een projectontwikkelaar delen hoe kinderen een rol hebben in de ontwerpen en ontwikkelingen. Ze vertellen wat voor eisen er aan woningen worden gesteld. Waarom balkons en tuinen van belang zijn. En hoe je aan een buurt kunt zien of die geschikt is voor kinderen. Plus nog tips over hoe je je eigen buurt beter geschikt kunt maken voor kinderen. Kijk met de blik van een professional naar het beste huis voor jouw gezin.

Het woord is aan de kinderen

“Vanzelfsprekend zien we altijd terug dat speeltoestellen in de buurt en voorzieningen als scholen belangrijke redenen zijn om voor een woning te kiezen. Het blijkt constant uit de onderzoeken die we onder onze klanten doen”, vertelt Chakir Ahaloui. Hij is ontwikkelingsmanager bij Heijmans en onder andere verantwoordelijk voor het nieuwbouwproject Nieuw Crooswijk. Chakir: “Kinderen zorgen dat onze maatschappij vitaal blijft. Dus we moeten ze ook een eigen plek geven.” Zo zorgde Heijmans dat op Katendrecht en in Nieuw Crooswijk bijvoorbeeld eerst werd geïnvesteerd in de scholen, zodat de wijken daarna meer geschikt zou zijn voor gezinnen met kinderen.

Chakir Ahaloui, ontwikkelingsmanager bij Heijmans

Edwin Santhagens, oprichter van Buro Sant en Co, de landschapsarchitecten die het Dakpark ontwierpen, heeft veel ervaring met het geven van inspraak aan kinderen: “Volwassenen bepalen in de projecten. Maar wij willen van kinderen horen hoe ze willen dat er wordt gespeeld. Daarom nodigen we ze uit voor inspraak- of informatiemiddagen. We laten ze aan het woord tijdens die bijeenkomsten. Dan worden ze nog wel eens verlegen wanneer we ze om hun mening vragen. Maar we krijgen wel hun eigen meningen te horen. De kunst is om vragen te stellen over hun wereld. ‘Wat doe jij ‘s middags? Wat vind jij leuk?’. We geven de kinderen aandacht. Uiteindelijk hebben wij toch een dienstbaar beroep waarin we plekken maken voor andere mensen. Ook voor kinderen.”

Flexibele ruimten

Rogier Mentink is trots. Hij tekende namens KuiperCompagnons het plan van Het Verborgen Geheim (Heijplaat) uit voor Van Omme & De Groot. Na de oplevering kreeg hij bevestigd hij dat de aandacht die er bij het ontwerp voor kinderen was, goed uitwerkte. Hij hoorde over twee jongens die in het nieuwbouwproject gingen wonen. Elk van hen had een duidelijke voorkeur voor de eigen kamer. Ze vonden in de huizen een plek die past bij hun karakter. Aan de voorzijde van de woningen kijk je uit over de havens, waar de stoere van de twee geen genoeg van kan krijgen. De achterzijde kijkt uit over het binnenhof, waar de rustige van de broertjes de buurt van een afstandje kan beschouwen. Rogier: “Wanneer je een huis bezichtigt, dan tel je vaak het aantal kamers. Maar kijk ook goed naar de indeling en de functies die je er kwijt kunt. Dus niet een kamer voor elk kind, maar de beste kamer voor elk kind.” Rogier komt terug op zijn eigen jeugd: “Mijn zus en ik hadden allebei een kleine kamer in een groot huis. Maar samen hadden we een grote speelkamer. Daar hadden we veel plezier van. Je hebt een plek waar je elkaar ontmoet en samen dingen doet.”

Gijs: “Een bevriende landschapsarchitect heeft vijf dochters en woont in een prachtig oud huis in de Bossche stijl. Elke dochter heeft een kleine kamer, een nonnencel. Maar ze hebben wel een supersized overloop waar ze de hele tijd spelen.”

Gijs van den Boomen, creative director bij KuiperCompagnons

Plattegronden voor woningen zijn gebaseerd op ontmoeten en het hebben van een eigen plek. Maar ook al jaren weinig veranderd, vertelt Chakir: “In Nederland hebben we veel ervaring met gezinswoningen. De plattegronden zijn eigenlijk wel uitgedacht. Kun je er je eigen plek hebben, waar zit je als gezin bij elkaar en kunnen kinderen er opgroeien?” Maar Chakir geeft ook toe dat de branche nog wel meer aandacht voor de belangen van kinderen kan hebben. Als kinderen jong zijn, willen ze vaker dichtbij hun ouders zijn. Wanneer ze ouder worden willen ze meer eigen ruimte. En past die ruimte bij ze? Is het een rustige plek voor een rustig karakter of kijkt de kamer uit op een drukke straat? “Hoe verder in de ontwikkeling van een project, hoe meer het over de bouw gaat. En minder over hoe het leven zich er afspeelt. Als we langer vanuit de kinderen, en andere gezinsleden, denken, kunnen we nog meer flexibiliteit in de plattegronden brengen. Misschien wil je de woonkamer netjes houden, maar je kinderen willen er spelen. Dan zijn ze dichtbij, het is er gezelliger. Het is niet zo bedacht, maar een huis wordt wel zo gebruikt”, aldus Chakir.

In deze tijden van meer thuiswerken, en dus ook meer tijd als gezin bij elkaar doorbrengen, zien we nog meer hoe belangrijk flexibele ruimten zijn. Dan blijkt dat in oudere huizen vaak meer vanuit flexibiliteit is gedacht, vertelt Edwin: “Onze dochter studeert nu vanuit ons huis.  In haar studentenhuis was social distancing moeilijker vol te houden. Wij wonen in een negentiende-eeuws huis en we kunnen haar hier een plek geven. De ruimtes zijn gemaakt met meer dan een functie in gedachten en daardoor makkelijk aan te passen.”

Naar buiten!

Bij de keuze voor het beste gezinshuis is de buitenruimte net zo belangrijk als binnen. De tuin, het balkon, maar ook je leefomgeving. Buiten gaat het niet alleen om spelen, maar ook om ontmoeten. Van kinderen met elkaar en van ontmoetingen tussen andere buurtbewoners. Ontmoeten blijkt in het ontwerp van een buurt een belangrijke pijler te zijn. Voorbij het tuinhek komt de buurt tot leven.

Rogier Mentink, architect bij KuiperCompagnons

In het Het Verborgen Geheim is dat goed terug te zien, vertelt Rogier: “Heijplaat is een tuindorp, een rustige plek tussen de bedrijvigheid van de haven. We hebben voor het project goed gekeken hoe een tuindorp eigenlijk werkt. Dan zie je dat de groene hoven tussen de woningen centraal staan. Die leggen de verbindingen tussen de verschillende delen van Heijplaat en de huizen. In Het Verborgen Geheim hebben we het groen door laten lopen. Voor de kinderen met een speelruimte en voor de volwassenen met een kas waarin ze voor de buurt zelf groenten en fruit kunnen kweken. De huizen staan via de eigen tuinen in verbinding met de gemeenschappelijke hoven. Zo kunnen ouders hun buitenspelende kinderen toch goed in de gaten blijven houden.”

Gijs: “Vreewijk was 103 jaar geleden het eerste Rotterdamse tuindorp. De oprichters van ons bureau hebben die wijk ontworpen. Wat we nu zien, zeker in deze tijden van corona, is dat de waarden die aan de basis van Vreewijk lagen nog steeds van belang zijn. Rust, een eigen buitenruimte en een groene omgeving. Het Verborgen Geheim is daarmee eigenlijk Tuindorp 5.0.”

De plankaart van Het Verborgen Geheim met inspiratiebeelden.

De familie Wilbers-Van Holt heeft een heerlijk thuis gevonden in Het Verborgen Geheim.

Buitenspelen op Heijplaat

Rogier vervolgt: “De overgang tussen huis en tuin hebben zo laagdrempelig mogelijk gemaakt bij het Verborgen Geheim. Buiten en binnen horen bij elkaar.”

Chakir: “In Nieuw Crooswijk is de oplossing gevonden door in de bouwblokken afgesloten binnenterreinen te maken. Tussen de woningen is een plek voor kinderen en voor volwassenen gemaakt.”

Situatieschets Nieuw Crooswijk
Buitenruimte Nieuw Crooswijk

“Kijk of een omgeving past bij de verschillende fases in je leven. Kinderen worden groot. Bij elke fase hebben ze andere behoeften. De kleine schaal, dichtbij en rondom het huis voor de kleinsten. Wanneer ze groter worden ruimte in de buurt om met andere kinderen te spelen. En voor de pubers plekken om zich terug te trekken”, vat Gijs samen.

Op avontuur

Opvoeden is loslaten. Kinderen zoeken meer en meer hun eigen plek op. Als je even aandacht besteedt aan het spel van kinderen, dan zie je dat het zich niet laat beperken tot alleen speelgoed en -toestellen. Een wc-rol wordt een microfoon, met een deken bouwen ze  een hut op zolder, een elektrakast in een perkje is om op te klimmen en een talud is perfect om met je fiets vanaf te rausen. De vervolgvraag voor de ouders is of je je kind ook op die plekken durft te laten spelen.

Edwin Santhagens, landschapsarchitect van Buro Sant en Co

Landschapsarchitect Edwin van Buro Sant en Co: “Je wil dat kinderen trots zijn op hun eigen omgeving. Dat ze zonder nadenken zeggen ‘mijn buurt is heel leuk’. Ik weet nog dat ik vroeger buiten speelde en daar soms dingen deed die ik mijn ouders maar beter niet kon vertellen. Ik had een buurt waar ik avonturen kon beleven. Bij het Dakpark hebben we de watertrappen geïntroduceerd, met bedriegertjes. Van die fonteinen die steeds aan en uit gaan. Het is een verwijzing naar de rol van een zeewerende dijk. Voor kinderen is het leuk en het daagt uit. Spelen is ook risico leren nemen. We proberen in onze ontwerpen via grappige aanleidingen tot spel uit te dagen. Zoals ook de stapstenen in het water op het Dakpark. Die zijn onregelmatig, kunnen glad zijn. Kinderen leren inschatten hoe ze veilig en droog aan de overkant komen.”

Gijs beaamt dat: “Een buurt moet uitdagend zijn voor kinderen, naast dat die gezond en veilig is. De verschillende functies moeten worden gescheiden. Kunnen voetgangers, fietsers en auto’s veilig naast elkaar bewegen? Is het een veilige sociale omgeving? Heeft de buurt groen tussen alle functies door?”

De watertrappen in een eerste schets van Buro Sant en Co.

De combinatie van horeca en park is hier goed te zien.

De bedriegertjes op Het Dakpark doen dat voor kinderen waar ze voor bedoeld zijn.

Edwin vertelt hoe dit bij het Dakpark is meegenomen: “We wilden op een natuurlijke manier toezicht in het park hebben. Dat doen we onder andere door functies met elkaar te combineren. Horeca en spelen. Maak spelen onderdeel van het park. Niet isoleren, maar integreren. Geen concentratie van speeltoestellen met een hek eromheen, maar toestellen die zichtbaar zijn door het hele park heen. Zo maak je een publieke huiskamer.”

Het hele Dakpark draait om integratie, licht Edwin toe: “Het gebied was een achterkant. Niemand wilde er zijn. Het moest een voorkant worden. Het park is een verbinding in de buurt geworden. Ook voor ontwikkelingen in de toekomst in het Merwe Vierhavensgebied. Net zoals destijds het Vondelpark in Amsterdam, loopt het Dakpark op de ontwikkelingen vooruit. Het Vondelpark werd aangelegd om mensen aan de stad te binden.”

De kinderen ervaren op het Dakpark nu de vrijheid om te spelen, de ouders kunnen hun kroost in de gaten houden.

Zelf de buurt verbeteren

Bij nieuwbouwprojecten kun je voor de bouw aandacht besteden aan de wensen van je kinderen. Wanneer je een bestaand huis koopt, heb je te maken met een buurt die al is gevormd. Bekijk dan hoe de buurt wordt gebruikt, en door wie. Gijs: “Ga in een park op een bankje zitten en kijk een tijdje wat er gebeurt. Wie spelen er? Zijn er ouders bij? Bekijk wat er verder in de buurt gebeurt, de omgeving rond de huizen, bijvoorbeeld rondom de scholen of een wijkcentrum. Zijn daar veel activiteiten?”

Wil je zelf wat aan de buurt verbeteren, kies dan een praktische aanpak, adviseert Edwin: “Wanneer je zelf je buurt wilt verbeteren, dan is mijn advies om contact op te nemen met de beheerder. Bijvoorbeeld Stadsbeheer. Met kleine verbeteringen kun je jouw buurt dan steeds iets beter maken. Wanneer je de beheerder aanspreekt, zijn ze vaak ook blij dat er vanuit de buurt initiatief komt. En je zit minder aan allerlei regels vast dan wanneer je het het groter wilt aanpakken en via Stadsontwikkeling gaat. Beheerders beschikken vaak over budget dat ze in kunnen zetten en waar niet vooraf allemaal goedkeuringen voor nodig zijn. Zolang je de verkeersstructuur niet verandert is er veel mogelijk. Met mijn buren dienen we hier ook een plan in voor het pleintje voor ons huis. De beheerders zijn blij met onze eigen inbreng.”

Vorig artikel Kinderen in Rotterdam: Lotte en Olivier over Blijdorp en Middelland
Volgend artikel Daniëlle, Khalil en hun kinderen blijven in Bospolder-Tussendijken!